Blijf altijd jezelf en laat je niet gek maken.

K, en nu verder. Troostrijk boek over borstkanker

Tekst Elke Ählen, fotografie Rianne Martens

‘Vlak nadat mijn debuutroman Uitgestelde huwelijksnacht uitkwam, hoorde ik dat ik borstkanker had,’ vertelt Louise Hompe. ‘Door de behandeling was ik negen maanden uit de running, mijn wereld werd heel klein, je staat eigenlijk naast het leven. Schrijven is een ambacht, je moet het dagelijks doen. Ik had zeeën van tijd en schreef op wat ik meemaakte, dat helpt ook om moeilijke beslissingen te nemen.’

Op 26 oktober komt het boek uit dat Louise Hompe over haar ervaringen met borstkanker schreef. K, en nu verder luidt de titel van het boek dat op heel natuurlijke wijze ontstond. De dagelijkse gang naar het ziekenhuis en de apotheek bepaalde haar ritme van de dag. ‘Ik raakte al snel in soort flow, het boek is dan ook echt één geheel. Ik heb nooit last gehad van een writersblock,’ aldus Hompe.

Kanker is een diagnose voor het leven, het gevaar is niet geweken als de behandelingen achter de rug zijn. Op een gegeven moment was de vraag wanneer het boek zou ophouden, maar Louise wilde er ook graag een punt achter zetten. Zo staan twee jaar van haar leven met kanker in het boek beschreven.

Geen medisch verslag

‘Ik wilde geen gedetailleerd, medisch boek schrijven. Het leven komt in een heel ander daglicht te staan als je kanker krijgt. Het heden, verleden en de toekomst zie je als door een vergrootglas’. Het zijn de beschrijvingen van de kleine uitstapjes, het landschap van Oost-Nederland en de Duitse grensstreek of een ontroerend schilderij, die de toon licht en troostrijk maken. Ze laat zien hoe je op jezelf en je naasten bent aangewezen als de ziekte en de behandelingen je slopen. Voor haar partner Ralph, was het soms verrassend om te lezen over de ‘binnenwereld’ van Louise. ‘Ik ben niet gesloten maar met schrijven sta je heel dicht bij jezelf. Als je in het ziekenhuis ligt en er komt bezoek dan probeer je toch het beste van jezelf te laten zien, je wil de ander niet ongerust maken.’

‘Ik heb gemerkt dat verhalen van lotgenoten kunnen helpen, terwijl je ook momenten hebt dat je er juist niet mee geconfronteerd wilt worden. Van een goede vriendin, oncologisch verpleegkundige én lotgenoot, kreeg ik tijdens mijn ziekte het boek Kanker is K. Het deed me goed, het gaf me herkenning en troost.’
‘Als ik bezig ben met de voorbereiding van de presentatie van het boek, komt het even indringend terug. In mijn nabije omgeving zijn er mensen die inmiddels overleden zijn en dan komt de ziekte weer heel dichtbij.’
Voor Louise is het belangrijk dat het boek uitgegeven wordt. ‘Als schrijver wil je graag dat je boek gelezen wordt, niet alleen voor jezelf. Het is dan ook een soort van missie om mijn verhaal met anderen te delen. Dit kan zijn voor lotgenoten en partners, maar ook voor behandelaars en collega’s. Ik denk dat ik met mijn boek heel veel mensen een hart onder de riem kan steken.’

Elfstedentocht

Helaas is het nog steeds zo dat twee van de vijf mensen die de ziekte krijgen borstkanker niet overleven. ‘Zit ik bij de twee die het niet overleven of bij de drie die het wel overleven? Dat blijft je altijd achtervolgen. Het mooie hiervan is, hoe gek dit ook klinkt, dat je alles doet met het idee: Je moet het leven nu vastpakken, alles wat ik zou willen doen dat moet ik nu doen.’
Hompe heeft een lange periode van chemo-keuren en operaties moeten doorstaan. Het was voor haar onwennig om zo afhankelijk te zijn. In deze periode zat ze in een vast behandelschema en als dat dan werd verstoord omdat een chemo niet door kon gaan, was dit erg moeilijk. Ze was vaak misselijk, sliep slecht, had last van ontstoken ogen en ze had zweren in haar mond. ‘En dan komt er iemand naar je toe in de apotheek die zegt: Wat ziet u er slecht uit! Je wordt dan zo hard met jezelf geconfronteerd. Maar daar moet je zelf je weg in vinden. Het is net zoals ik ooit de Elfstedentocht geschaatst heb; je komt dingen van jezelf tegen die zo diep zitten, daar schrik je van.’Ze heeft veel steun gehad van haar man, vrienden maar ook de behandelaars. Ze begon ook snel weer met activiteiten zoals flamenco, yoga en zwemmen. ‘Beweging levert zoveel motivatie en kracht, het moment er naartoe is even heel lastig. Maar dingen doen helpt enorm als je ziek bent. Dat is dan ook mijn tip voor lotgenoten. Blijf bewegen ook al voel je je niet goed! Daarnaast moet je niet bang zijn om openhartig te zijn. Familie en vrienden waarderen het enorm als ze weten hoe je je voelt. Blijf altijd je zelf en laat je niet gek maken! Ten slotte is het ook erg belangrijk om erop uit te gaan. Die ervaringen en mooie dingen blijven voor eeuwig bij je, en maken meer indruk dan als je beter bent.’

Louise is ook tijdens haar ziekte blijven dromen. Elke keer verlegde ze haar horizon totdat ze weer in staat bleek het vliegtuig naar New York te pakken.

Citaat

‘Vreemd die ruimte en onmetelijke tijd die zich voor ons uitstrekt nu ik kanker heb. Niet gehinderd door deadlines, afspraken, verre reizen of ambities glijd ik mijn jeugd in. In mijn hoofd zingt het beeld van mij aan de hand van mijn vader, wandelend in het Engelse werk, dat direct aan de IJssel ligt. We worden getrakteerd op echte Hollandse luchten, als we er heen rijden staat er een stevige wind die donkergrijze wolken door een staalblauwe hemel jaagt. Het loopt tegen de avond en het licht strijkt prachtig over de uiterwaarden waar een groep paarden staat te grazen.’

Over Louise Hompe
“Ik ben een zeer energieke vrouw die veel bezigheden heeft, alles met passie doet en het positieve zoekt in alle uitdagingen in het leven.” Louise Hompe leidt een druk leven met een fulltime baan als opleidingsmanager bij het Alfa College. Daarnaast is ze inspecteur voor het Friese paardenstamboek. Dat betekent dat ze in de zomer bijna ieder weekend in het veld staat om paarden te keuren. “Als ik tijd heb reis ik regelmatig naar een van de 25 aangesloten landen, dit kan in Europa, Amerika, maar ook in Afrika of Zuid-Amerika zijn.” Alsof dat niet genoeg is danst Louise al meer dan vijftien jaar flamenco en zingt ze in een koor. Ze kan daar haar passie kwijt, maar het vraagt ook wekelijkse discipline, net zoals bij schrijven. “Ons huis stond vol met boeken, als kind las en schreef ik al veel. Mijn moeder was verslaafd aan lezen, zij kon daarbij alles om zich heen vergeten. Als ik schrijf kom ik helemaal tot rust’. In 2001 besloot ze het schrijven serieus te nemen, ze wilde vier generaties Indische familiegeschiedenis vastleggen. Gedurende tien jaar zat ze op een schrijfclub onder leiding van Jan Brokken, van hem heeft ze de fijne kneepjes van het vak geleerd.